De familie A. van Gelder, Stationsstraat 24

Abraham van Gelder

Abraham van Gelder is een telg uit de Aaltense familie die afstamt van Aron Gompert en Sara Joseph. Zij namen in 1813, bij de invoering van de burgerlijke stand, de naam Van Gelder aan. Abraham was een achterkleinzoon van Aron Gompert en werd geboren op 9 november 1878, als jongste zoon van veehandelaar Aron David van Gelder (1829-1913) en de uit Iserlohn afkomstige Julchen Lipper (1832-1907).

Abraham werd slager; zijn winkel was in elk geval vanaf 1920 gevestigd in de Landstraat. Samen met zijn broer Levie, die een slagerij had aan de Dijkstraat, leverde hij het koosjere vlees voor de Joodse bevolking van Aalten. Ook de andere Joodse slagers, die zelf niet koosjer slachtten, betrokken het koosjere vlees van de gebroeders Van Gelder.

Reintjen van Gelder-de Jong

Abraham trouwde met Reintjen de Jong, geboren op 22 oktober 1881 in Apeldoorn. Zij kregen vijf kinderen, van wie er twee (Simon en Maurits) naar het buitenland emigreerden en twee (Eveline en Julchen) naar Arnhem verhuisden. De oudste zoon, Arnold Abraham, geboren op 20 juli 1908, opende in 1937 een winkel in de Bredevoortsestraat, nummer 7, die bekendheid kreeg als Goedkope Volksslagerij; deze aanduiding wijst erop dat hij een bredere klantenkring had voor zijn vlees en dus niet uitsluitend koosjere producten verkocht.

Toen tijdens de bezetting de Joodse winkels gesloten moesten worden verhuisden Abraham en Reintjen naar de Stationsstraat 24. Vandaar uit vertrokken zij naar een onderduikadres in de Oosterkerkstraat. Op 22 augustus 1944 werden zij door verraad gearresteerd en met de allerlaatste deportatietrein die Nederland heeft verlaten op 3 september 1944 naar Auschwitz gebracht, waar zij op 6 september 1944 zijn vermoord.

Van Julchen weten wij dat zij werkzaam was in het Voormalig Rotterdams Kindertehuis aan de Amsterdamseweg 1 in Arnhem. Zij is op 16 juli 1943 in Sobibor vermoord, 29 jaar oud. De andere kinderen van Abraham en Reintjen hebben de oorlog overleefd.